Zoeken Contact

Maand: april 2016

Whistleblowers. Peace-heroes.

Whistleblowers. Peace-heroes.

Nobody wants to be spied upon and then reported to the authorities like it happened during the war. Whistleblowers provoke war traumas even to those who have never experienced war. However, whistleblowers are not war-heroes but peace-heroes. No drama then?

A whistleblower is a colleague or a fellow-citizen who reports corruption, fraud and other wrongdoing during peacetime. He is convinced that the wrongdoing would go undetected forever unless he reports it. The fact that the organization does not react responsibly, provides the whistleblower with a license to operate. It is the next step in case the first steps have failed, when silence is not an option.

Vision

Reporting of wrongdoing must be mandatory if the organization appears to be unable to solve the problem. Anonymous reporting should be allowed because the risks to the whistleblower cannot be denied. However, personal reporting must be encouraged, as this will increase the chances of a successful investigation. How should authorities, politicians and business leaders see whistleblowing? Should it be tolerated, encouraged or even rewarded?

  1. Whistleblowing is acceptable if the organization does not react responsibly to wrongdoing;
  2. Therefore, whistleblowing procedures must form an integral part of risk management;
  3. Logically whistleblowing must be made mandatory;
  4. Hence, whistleblowers deserve protection;
  5. Anonymous reporting is acceptable as the risks for whistleblowers remain substantial;
  6. However personal reporting must be encouraged to privilege successful investigation;
  7. Whistleblowing must be mildly rewarded at least to compensate for the hardship.

Steps

Any collaborator has a difference of opinion with his superior once in a while. If the difference remains, it can be referred to HR, to the boss of the superior, to the workers’ council, or to a person of trust.

 If these first steps fail, and if the reporter is afraid of retaliation, a hotline may come to help: whistleblowing hotline, green line, etc. This hotline should be hosted on a server outside the organization, in order to guarantee anonymity (the IT-people must not be able peep-in) and to ensure direct reporting to the appropriate level (Executive board or Supervisory Board).

If this next step fails, we are probably dealing with an organization that is behaving irresponsibly. The whistleblower may decide to inform the authorities (police, public prosecutor, stock exchange) or a parliamentarian. A vicious whistleblower may even inform a competitor or a journalist, or start blogging.

Conclusion

Whistleblowing procedures show the next steps to anyone who uncovers wrongdoing and finds out that the organization does not react responsibly. Whistleblowing procedures are there to protect society from wrongdoing and to protect the good from the bad.

Transparency International organizes the Forum for the Whistleblower: Brussels, 26 April 2016, 19:00-21:00. Speakers: Dr. Wim Vandekerckhove (University of Greenwich), Dr. Gudrun Vande Walle (Integrity Bureau, Federal Ombudsman) and Anne Scheltema Beduin (Executive Director Transparency International Netherlands). Registration is free of charge but mandatory. The number of seats is limited. www.transparencybelgium.be

Evert-Jan Lammers is Partner at EBBEN partners, President Institute of Fraud Auditors and Board Member Transparency International Belgium.

linkedin

Integriteit verdient centrale plaats in nieuwe code

Lees het artikel van Jaap ten Wolde en Hans Strikwerda uit het FD van 4 april 2016 hier.

Het is een kapitale misser dat de commissie-Van Manen in haar voorstel tot aanpassing van de Corporate Governance Code geen centrale plaats voor het begrip ‘integriteit’ heeft ingeruimd. Aandacht hiervoor mocht je toch verwachten na een reeks van ‘ongelukken’ zoals Meavita, Imtech, ROC Leiden, Rochdale, Econcern, DSB, Bouwfonds/Property Finance en Amarantis. Er werd in deze zaken niet integer gehandeld, omdat bestuurders van deze organisaties niet integer handelden. Zij zorgden niet voor een integere organisatie en de toezichthouders hielden er geen toezicht op.

Het woord integer komt in de voorstellen van de commissie-Van Manen slechts één keer voor. Op pagina 55 van haar rapport schrijft de commissie dat het integer en transparant handelen door het bestuur tot goed ondernemerschap behoort. Een pleonasme: transparantie is een van de definiërende elementen van integer handelen. ‘Integer handelen’ staat bovendien slechts vermeld in de toelichtende tekst van de code, niet in de tekst van de code zelf!

Principes

De nieuwe code schrijft integer handelen dus niet voor als een van de principes, maar gaat ervan uit dat naleving van de code resulteert in integer handelen door bestuurders. Het doel wordt aldus ondergeschikt gesteld aan de middelen. Wat integer handelen is — een lastig en gecompliceerd begrip — wordt in de nieuwe code echter niet uitgewerkt.

Wij bevelen de commissie zeer dringend aan het thema integriteit te koppelen aan de waardecreatie en aan de maatschappelijke functie van zowel de onderneming alsook van de toezichthouders. Deze laatsten dienen voeling te houden met de stakeholders. Ook — misschien wel juist — als het gaat om integriteit. De commissie pleit voor ‘het implementeren en waarborgen van een passende cultuur’ (zie FD 12 februari). Maar in plaats van een middeltje, de cultuur, te benoemen, is het noodzakelijk in de code expliciet de eis van integriteit te formuleren, gebaseerd op artikel 2:9 van het Burgerlijk Wetboek: ‘Elke bestuurder is tegenover de rechtspersoon gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak’.

Verschuilen achter cultuur

Door de eindterm, integriteit, te benoemen, voorkom je dat bestuurders en commissarissen zich kunnen verschuilen achter een te beperkte set van maatregelen als cultuur. De paragraaf cultuur kan dus beter vervangen worden door een paragraaf over integriteit.

Laat de commissie als eis stellen dat de bestuurder met een omschrijving moet komen van integriteit in relatie tot de onderneming. Elke ondernemingsactiviteit vraagt immers om haar eigen integriteitsgrenzen. Wat zijn toegestane verkoopmethoden? Wat zijn de grenzen aan ons relatiebeheer? Wat te doen met producten die door kleuters gemaakt zijn? Mogen onze journalisten kinderen interviewen die hun ouders zojuist ­hebben zien vermoorden?

Commissarissen

De raad van commissarissen dient bij zijn toezicht na te gaan of hij zich kan verenigen met de begrenzingen van het begrip integriteit en of de aansturing daarvan door de bestuurder werkt in de praktijk. De commissarissen moeten vragen opwerpen als: worden de vertrouwenspersonen als veilig beschouwd? Werken de meldsystemen wel? Welke audits vinden plaats en door wie worden ze uitgevoerd?

De omissie om integriteit als doelstelling in de code op te nemen krijgt extra gewicht doordat de code geen maatschappelijke doelstelling hanteert noch expliciet verwijst naar het hiervoor aangehaalde artikel 2:9 van het BW. Omdat de code via een Algemene Maatregel van Bestuur een wettelijke status krijgt en als voorbeeld geldt voor maatschappelijke organisaties, zou de omissie de aandacht van de politiek moeten trekken. Politici moeten hier goed op letten. Niemand is gebaat bij een Meavita 2.0.

Hans Strikwerda is hoogleraar organisatieleer en organisatieverandering aan de UvA, Jaap ten Wolde is adviseur integriteit bij Ebben Partners, oud-partner KPMG en coauteur van ‘Ik ben integer, jij bent integer’.

Lees het artikel van Jaap ten Wolde en Hans Strikwerda uit het FD van 4 april 2016 hier.

Artikel FD Integriteit verdient centrale plaats in nieuwe code door Jaap ten Wolde Hans Strikwerda

Bron: https://fd.nl/opinie/1145979/integriteit-verdient-centrale-plaats-in-nieuwe-code

Op deze website gebruikt Ebbenpartners cookies en vergelijkbare technieken om de website goed te kunnen laten werken en om te analyseren hoe de website wordt gebruikt.